Het is donker in mijn ziel, schemer altoos,
Ik zie geen uitweg naar het licht.
En ben alleen maar boos,
Ik heb geen weg meer, geen uitzicht.
Schijnt er ineens een lichtje, het gaat aan,
Het knikt naar mij en zegt je bent een fijn mens.
Blij kijk ik naar het lichtje en zie het staan,
Het vervult mijn grootste wens.